Recensie | Wild (Milan Suring)
Daar ik zelf nooit lang gereisd heb en al wel sinds mijn vroege jeugd die ambitie heb, beginnen mijn spreekwoordelijke eierstokken al te rammelen op het moment dat ik een Lonely Planet van Wallonië achter een winkelraam zie liggen. Door die maagdelijkheid onder de backpack kan mijn fantasie me meenemen op elke reis, niet geremd door enige realiteitszin. Zo heb ik al bij maanlicht door de Australische Outback getrokken en rond een wak in het ijs gevist met een prachtig indianenmeisje (valt die tut in dat wak, ik haar eruit halen, KOUD, elkaar opwarmen, verliefd worden, trouwen, leven lang en gelukkig). In deze wereld ontmoet je elke dag lieve hippies met wie je tot diep in de nacht filosofische gesprekken voert en eindig je in een boeddhistisch klooster waar je dan uiteraard ‘jezelf vindt’.
Titel: Wild
Regisseur: Jean-Marc Vallée
Scenario: Nick Hornby, Cheryl Strayed
Cast: Reese Witherspoon, Laura Dern, Gaby Hoffmann, Keene McRae, Thomas Sadoski, Michiel Huisman
Speelduur: 115 minuten
Genre: Drama/biografie
Release: vanaf 26 februari 2015 in de bioscoop
In Wild wordt afgerekend met mijn fantasierijke beeldvorming over reizen. Reese Witherspoon speelt Cheryl, een vrouw wiens leven aan alle kanten uit haar handen glipt. Ze besluit de bergschoenen aan te trekken en zonder enige vorm van training de Pacific Crest Trail te lopen, een wandelroute die wandelaars van Mexico tot Canada voert. ’s Avonds warmpjes op de bank lijkt het idee om je in eenzaamheid terug te trekken van de wereld dé manier om jezelf te genezen van de weltschmerz waaraan je al zolang lijdt. Als onervaren reiziger houdt je echter geen rekening met de ontberingen die daarbij komen kijken. Lichamelijk is Cheryl niet voorbereid op de grote afstanden die ze dagelijks moet lopen, mentaal niet op de eenzaamheid en een tent heeft ze nog nooit opgezet. Nu zijn dit juist elementen die ze nodig heeft om zich los te maken van de chaos in haar hoofd maar als het je allemaal overvalt is de gedachte: ‘’wat ben ik hier in godsnaam aan het doen’’ de enige die nog overeind blijft. Diepzinnige vreemdelingen ontmoet ze ook al niet, wel aardige maar simpele mensen die je de volgende scene alweer vergeten bent. In niets lijkt haar reis op het droombeeld.
Om haar reis een groter gevoel van urgentie te geven wordt er gebruik gemaakt van flashbacks waarin duidelijk wordt waarom Cheryl met zichzelf in de knoop zit. Flashbacks kunnen extra diepte aan een verhaal geven, maar wanneer ze worden gebruikt om het hele plot te duiden is het in mijn ogen een zwaktebod. Voor een filmmaker zou het een uitdaging moeten zijn om het verhaal te ver-tellen met zo min mogelijk trucjes, zodat je uitgedaagd wordt om te vertellen in beelden, niet met dialoog of uitleggerige flashbacks. Het verhaal wat je daardoor verteld wordt kleiner en krijgt meer intrinsieke kracht, en heeft daardoor geen aanvullende uitleg nodig. Je zou sowieso ver moeten blijven van moraal, karakterontwikkeling of plot uitleg, zij zouden uit het verhaal kunnen spreken, maar moeten nooit het uitgangspunt zijn.
Aan het eind van de film vindt Cheryl uiteindelijk rust en acceptatie. Bij mij blijft het gevoel over dat dit het doel van de hele film geweest is; een vrouw in de put laten zien die uiteindelijk haar angsten overwint. Het verhaal is ondergeschikt aan dit uitgangspunt, en is daardoor niet sterk genoeg om de hele film lang te boeien. Hierdoor wordt de film, die de potentie heeft indrukwekkend te zijn (mede door het ingetogen acteerwerk en de prachtige omgeving waarin gefilmd is) nooit meer dan middelmaat. De symboliek ligt er bovendien in de vorm van een veel te zware backpack wel erg dik bovenop. Gedurende haar reis laat ze steeds meer spullen uit haar backpack achter wat resulteert in een lichtere ballast. Ook symboliek zou, als een soort bijproduct, uit het verhaal moeten spreken, niet andersom.
De vraagstukken die de film zou kunnen opwerpen zijn eigenlijk interessanter dan de film zelf. Bijvoorbeeld of reizen een duurzame oplossing is om je problemen te overwinnen, of dat je jezelf alleen maar wijsmaakt dat het je ergens anders beter zal vergaan. In het geval van Cheryl vindt ze uiteindelijk de rust en acceptatie waar ze naar zocht. De vraag is hoe standvastig de genezing is als je die vindt buiten de maatschappij. Want wat gebeurd er op het moment dat je je weer in de gekte van de samenleving begeeft, hoe duurzaam is de rust die je hebt gevonden dan nog. De film Into the Wild (in alles overigens superieur aan Wild) concludeerde al eens dat geluk alleen waarde heeft wanneer het gedeeld wordt met anderen. Wild stelt geen van deze vragen.
Bovenstaande kritiek op Wild is echter ook een verkapte aanklacht naar mijn eigen clichématige fantasie. Ik kan niet een film verwijten dat het aan een te moralistisch gestuurd verhaal lijdt, om zelf vervolgens vrolijk verder te dromen over zelf-ontdekkende reizen met happy ending. Dat is hypocriet. Een ideaalbeeld scheppen waarin je het geluk altijd ergens anders, maar nooit in het hier en nu vindt is bovendien de kern van escapisme. Dat is echter ook de kern van dromen, en de reden dat je als mens steeds een nieuw doel hebt en verder kan groeien. Ergens op de rand van deze paradox zweven mijn eigen reisplannen.
Je kunt de drang om te reizen afdoen als escapisme en jezelf wijsmaken dat je geluk hier ook kan vinden, of je betitelt het als een droom en je vertelt jezelf dat je die moet najagen. Wanneer je voor het eerste kiest kan het er voor zorgen dat je je leven lang spijt blijft houden van een gemiste kans. Het najagen van je droom in een realiteit die kan tegenvallen is echter ook eng. Maar leven in een realiteit waar je überhaupt nooit van gedroomd hebt, is dat niet de eigelijke nachtmerrie? Het is maar net wat je jezelf wilt wijsmaken.
Dit laatste besef doet me bedenken dat het uiteindelijk geen drol uitmaakt of het nu om escapisme of dromen gaat, en dat ik ontzettend moeilijk zit te doen. Vol van overmoedige energie surf ik naar Skyscanner, en nu sta ik op het punt een ticket naar India te boeken. Hiermee doorgaan betekend een einde maken aan alle fantasieën; officieel de scheiding aan te vragen met mijn Indiaanse godin. Het betekend dat ik ga ervaren dat òf mijn dromen, òf de harde realiteit van Wild dichterbij de te schrijven waarheid ligt. Soit.
Milan J. Suring