Recensie | Good Boys (Patrick Kannberg)
Wat een rare periode is het toch, de fase tussen kind en tiener. De hormonen beginnen door het lichaam te gieren, onzekerheid over de identiteit komt de kop opsteken en onderwerpen als de liefde beginnen interessant te worden. De tweens in Good Boys maken het mee. En aangezien de film geproduceerd wordt door Seth Rogen en Evan Goldberg (Superbad, Sausage Party) gaat dat gepaard met grof taalgebruik, speeltjes die thuishoren in de slaapkamer en zelfs drugs. Maar is dat ook in deze vorm lollig?
Titel: Good Boys
Regisseur: Gene Stupnitsky
Cast: Jacob Tremblay, Keith L. Williams, Brady Noon, Molly Gordon, Lil Rel Howery, Will Forte
Scenario: Gene Stupnitsky, Lee Eisenberg
Genre: Komedie
Speelduur: 89 minuten
Release: 16 augustus 2019
FLESJE DRAAIEN
Het verhaal begint met de jonge vrienden Thor, Lucas en Max, die zojuist het Amerikaanse equivalent van groep 8 zijn ingegaan. En iedereen neemt zijn eigen rugzakje mee. Zo is Max hopeloos verliefd op klasgenote Brixlee, is Lucas erachter komen dat zijn ouders gaan scheiden en laat Thor zijn ambities om te zingen al gauw varen omdat enkele leeftijdsgenoten dat niet stoer vinden. Wanneer een klassenfeestje – georganiseerd door de populaire Soren – ter sprake komt, beginnen bij Max de vlinders als een dolle te fladderen. Tijdens het feestje zal Brixlee namelijk ook aanwezig zijn en zal er met het flesje gedraaid worden. Eén plus één is twee denkt Max. Omdat hij niet onbeslagen ten ijs wil komen wanneer het moment daar is, gaat hij samen met Thor en Lucas op pad om te ontdekken hoe dat hele zoenen in zijn werk gaat. Na een onsuccesvolle poging via internet kennis op te doen besluiten ze de peperdure drone van Max’ vader in te zetten om erachter te komen hoe het oudere buurmeisje Hannah het aanpakt. Natuurlijk loopt dat plan helemaal in de soep en wordt de drone door Hannah en haar vriendin in beslag genomen. In een poging de drone terug te krijgen besluiten de jongens Hannah’s handtas mee te nemen als ruilmiddel. En daar zitten een paar ecstasy-pillen in, bedoeld voor een feestje. Maar de beoogde ruildeal mislukt en de drone sneuvelt. Om huisarrest – dat roet in het eten zal gooien van het zoenfeestje – te vermijden trekken Thor, Lucas en Max naar het verderop gelegen winkelcentrum om een nieuwe drone te kopen. Ondertussen worden ze achtervolgd door Hannah en haar vriendin en raken ze in allerlei, vooral ongemakkelijke, situaties verzeild. Gaat het de jongelingen lukken een nieuwe drone te kopen, huisarrest te vermijden en bij het feestje aanwezig te zijn? En tegelijkertijd hun eigen problemen een plekje te geven?
KIDS EN F-BOMBS
Seth Rogen, Evan Goldberg. Toen ik deze twee namen bij de trailer van Good Boys zag staan, steeg bij mij het enthousiasme een paar procentjes. Zij waren immers verantwoordelijk voor het script van één van mijn favoriete komediefilms, Superbad. En dat is te merken, want Good Boys lijkt in veel opzichten op die film en is eveneens R-rated. Echter gaat het nu niet om tieners, maar om tweens. En die leggen logischerwijs een andere reis af dan de personages in Superbad. Nu gaat het vooral om zoentjes en kalverliefde, het ontdekken van de eigen identiteit en de gevolgen daarvan voor bestaande vriendschappen. Herkenbare issues, die me deden terugdenken aan mijn eigen laatste jaar op de basisschool. Maar tijden veranderen, zo blijkt. Kon het woord ‘shit’ toen ik jong was nog rekenen op commentaar en een rood hoofd, nu produceren basisschool-gangers zonder blikken of blozen de ene na de andere f-bomb. Nu zijn kinderen en grof taalgebruik niet per definitie een lollige combinatie, maar in Good Boys pakt het over het algemeen goed uit. Dat is met name te danken aan de uiterst getalenteerde Jacob Tremblay (Room), die als de hopeloze romanticus Max laat zien waarom hij al meerdere filmprijzen op zak heeft. Maar de performances van Keith L. Williams als moreel kompas Lucas en Brady Noon als de vaak onder groepsdruk bezwijkende Thor mogen er ook wezen. In Good Boys krijgt iedere hoofdrolspeler zijn momentjes en de kans te laten zien waarom de juiste keuzes gemaakt zijn op het gebied van casting. Vooral de manieren en geluidjes van Williams konden in de zaal rekenen op lachsalvo’s.
HART OP DE JUISTE PLEK
Gelukkig leunt Good Boys niet enkel op grof taalgebruik door kinderen die geen blad voor de mond nemen. Regisseur Gene Stupnitsky, die de film samen schreef met Lee Eisenberg en met Good Boys zijn debuut als regisseur aflevert, maakt gretig gebruik van kinderlijke onschuld en verwondering om grappige situaties te creëren. En hoewel de humor puberaal van aard is – denk aan speeltjes voor volwassenen die gebruikt worden als wapens of sieraden – en de film vaak op het randje balanceert, heeft Good Boys het hart wel altijd op de juiste plek. Zo wordt er tijdens een hilarische scène met een sekspop, die door de jongens overigens wordt aangezien als een reanimatiepop, de nadruk gelegd op respect en het belang van toestemming om te zoenen. Dat past prima bij de huidige tijdgeest en door de grappige (of bizarre) verpakking voelt het niet geforceerd aan. Toch krijgt het goede hart op een gegeven moment de bovenhand, wat ten koste gaat van de lolligheden. Daarnaast gaven de trailers naar mijn mening teveel prijs, waardoor ik – zeker in het eerste half uur – het idee kreeg dat ik het beste al gezien had. Humoristische verrassingen zijn er zeker, bijvoorbeeld de prachtige cameo van Stephen Merchant (Hot Fuzz, Logan), maar deze zijn op maximaal twee handen te tellen. Dat is uiteindelijk niet genoeg om anderhalf uur lang de lach vast te houden.
CONCLUSIE
Wat dat betreft kan Good Boys het beste gezien worden als het twaalfjarige ‘broertje’ van Superbad. In alle opzichten minder leuk en zeker niet de grappigste film uit de hoge hoed van Rogen en Goldberg, maar toch de moeite waard om te bekijken. En hoewel de humor uiteindelijk net iets teveel ruimte geeft aan sentiment, zorgt de eindscène er toch voor dat je met een brede lach de bios uitloopt en tevreden huiswaarts keert. Dat doet Good Boys dan weer erg goed.
★★★☆☆
Patrick Kannberg