Interview | Jan Verheyen over cultfilms, bioscopen en nieuwe boek

Waar het vandaag de dag steeds meer gaat over censuur en ”wat wel en niet kan”, gingen in de jaren 70 alle remmen los. Niet alleen was dit de tijd van flowerpower en beha-verbrandingen, ook in de bioscoop leken er maar weinig grenzen te zijn. In zijn boek Alle remmen los vertelt filmkenner en regisseur Jan Verheyen over de pulpcinema die daaruit voort is gekomen. Martijn kreeg onlangs de kans om hem daarover te spreken.

Als kind van de jaren 90 zijn het vooral Disney-klassiekers en blockbusters zoals Jurassic Park die mijn liefde voor film hebben aangewakkerd. Al raakte ik in mijn pubertijd ook gefascineerd met de zogeheten exploitation films uit de jaren 70 en 80. Dit waren op grote schaal gemaakte B-films die op vele vlakken onderdeden voor het werk uit Hollywood. Toch zaten er soms echte pareltjes tussen, die door de jaren heen niet alleen een cultstatus kregen, maar ook een inspiratiebron waren voor latere klassiekers. Het leek me daarom ook erg interessant om hier eens over te praten met Jan Verheyen, een Vlaamse regisseur die daarnaast ook groot filmkenner is. Naast blockbusters heeft hij ook veel kennis van de wat meer alternatieve films, zoals bijvoorbeeld die exploitation films uit de jaren 70 en 80. Jan is dan ook medeoprichter van het evenement De Nacht van de Wansmaak, waar de meest absurde films worden vertoond.

Omslagfoto Alle remmen los!

Uiteraard vroeg ik Jan naar de reden om het boek Alle remmen los te schrijven, waarna hij aangaf dat hij films die als raar of slecht bestempeld worden erg fascinerend vindt:

Jan: Dat soort films interesseerde me mateloos. Het is zo’n misvatting hè. Er is niemand die ochtends naar de set gaat en denkt ”ik ga eens een hele slechte film maken”. Al die mensen zijn er ook aan begonnen met de beste bedoelingen. Het is bijna ontroerend te noemen, haha.

Martijn: Al zijn er tegenwoordig ook filmmakers die met opzet iets raars maken?

Dat telt niet mee. Zo werkt het niet met cult. Je kunt het worden, maar je kunt niet opzettelijk cult maken. Het ontstaat. Cult hoeft overigens niet altijd te betekenen dat het in de categorie ”so bad it’s good” valt. Reservoir Dogs van Tarantino is ook een cultfilm. Toen dat in de bioscoop uitkwam, met uitzondering van Engeland, was dat geen succes. Dat is een film die eigenlijk nadien pas groot is geworden. Vergelijk het maar met concerten. Toen U2 voor het eerst in Nederland kwam spelen, toen vond dat plaats in een achteraf zaaltje met zo’n 50 mensen erin. En nu zijn er bij wijze van spreken minstens 5000 mensen die beweren dat ze er toen bij waren.



Denkt u niet dat de films die in het boek besproken worden ten dode zijn opgeschreven, gezien ze niet snel op Netflix en dergelijken zullen verschijnen?

Ze zijn niet zozeer ten dode opgeschreven, want ze blijven hardnekkig bestaan. In de intro van mijn boek verwijs ik naar twee winnaars van de Gouden Beer in Berlijn en de Gouden Palm in Cannes…die kent inmiddels vrijwel niemand meer. Ze zijn ook nergens meer te krijgen. Ilsa She Wolf of the SS heeft daarentegen een luxe uitgave op DVD gekregen. Al zie ik ze inderdaad niet snel op Netflix verschijnen. Wat een overlever blijkt te zijn is het horrorgenre. Het is inmiddels wel een heel erg mainstream genre geworden.

Iemand die er trouwens in geslaagd is om hetgeen dat je in exploitation films zag mainstream te maken, is Tarantino. Als je kijkt naar Django Unchained, dan zal je letterlijk scenes zien die verwijzen naar Mandingo en nog een paar van dat soort titels. Films die verguisd werden in de jaren 70, maar Tarantino ongetwijfeld gezien heeft en daarop terugwijst, op zijn eigen manier.

Django Unchained 2

Django Unchained uit 2012 is een voorbeeld van een titel die inspiratie haalt vanuit de exploitation films uit de jaren 70.

Tarantino is ook een kind van de jaren 70, die destijds in de videotheek zo’n beetje al die titels waarover ik schrijf heeft bekeken.

Heeft u trouwens alle films die in het boek genoemd worden gezien?

Alle films die ik uitgebreid behandel, heb ik ook gezien. Al heb ik niet alle titels die erin staan bekeken…zo heb ik lang niet alle haaienfilms gezien. Ik heb ze alleen maar genoemd om te laten zien hoe erg het uit de klauwen gelopen is, dankzij Jaws.

Als ik aan haaienfilms denk, dat schiet mij Sharknado te binnen, dat enkele jaren geleden een hype was.

Sharknado is dus zo’n film die te geforceerd probeert om cult te zijn. Dat geldt voor al die films van The Asylum. Is dat vermakelijk? Ja, maar ik raakte er snel op uitgekeken.

Het valt in het boek trouwens ook op dat u vrij kritisch bent naar een aantal geliefde klassiekers, zoals bijvoorbeeld Suspiria van Dario Argento.

Ik vind dat als je een boek schrijft – en zeker als het over genrefilms gaat – dat je dan een beetje mag ”porren” en prikkelen. Het is sowieso persoonlijk. Ik blijf dat fascinerend vinden, de subjectiviteit van film. Als twee mensen bijvoorbeeld dezelfde film zien in dezelfde zaal, onder dezelfde omstandigheden dan heb je kans dat de ene persoon het nadien geweldig vindt, terwijl de ander de film direct gaat afkraken. Vervolgens krijg je dan een levendige discussie.  Dan vind ik erg interessant. Vandaar dat ik dacht, laat ik eens een paar ”heilige huizen” kritisch benaderen. Er zijn ook weer films die ik heb proberen te verdedigen.

Suspiria

Suspiria van Dario Argento wordt door vele liefhebbers geprezen als een van de beste (en vooral mooiste) horrorfilms allertijden.

Als je kijkt naar filmliefhebbers, en dan met name liefhebbers van horror, dat zijn zeer loyale mensen. Dat zijn nog de enige films die het nog goed doen op DVD. Er zijn echt verzamelaars die opzoek gaan naar bepaalde titels. Dus het horrorpubliek is een zeer warm, loyaal publiek. Je kan met die mensen ook leuk discussiëren. Ik vind Argento overschat, dat laat ik dan even doorschemeren. Al is dat niet meer dan een plaagstootje.

U lijkt zelfs te impliceren dat u Lucio Fulci beter vind dan Argento?

Ja, maar ik moet toegeven dat Fulci op 14-jarige leeftijd toch anders binnenkomt. Ik heb destijds Zombi 2 gezien en daar was ik toch flink van onder de indruk. We hebben inmiddels echter meerdere seizoenen van The Walking Dead en dergelijken. Dat soort series zijn niet alleen op technisch vlak beter, maar worden ook op een sterkere manier vertelt. Als een tiener van nu naar de films van Fulci kijkt, dan vindt die dat wellicht een beetje knudde, haha.

Zombi 2 1979

In navolging van de succesvolle Amerikaanse zombiefilm Dawn of the Dead (dat in Italië Zombi heette), maakte regisseur Lucio Fulci een jaar later een film genaamd Zombi 2. Deze low-budget film werd later een ”guilty pleasure” van vele horrorfans.

Kunt u ook films opnoemen die door de jaren beter zijn geworden?

Er zijn enkele films die de tand des tijds wél doorstaan hebben. Neem Caligula, dat is zo weird, man! Daar zie je in de ene scene Helen Mirren en Malcolm McDowell acteren alsof ze Shakespeare aan het opvoeren zijn…en in de andere scene pronkende geslachtsdelen. Je kunt ervan zeggen wat je wilt, maar dat is gemaakt door regisseurs die weten wat ze doen. Dat terwijl er ook veel van die films zijn die erin slagen om vervelend te zijn. Het gaat over sadisme en seks, maar na een kwartier zit je al op je horloge te kijken, omdat het gewoon zo enorm saai is.

In ieder genre, met uitzondering van de Tirolers, daar zit geen enkele goede film bij, heb je wel een aantal films bij die interessant zijn. En die iets zeggen over de tijd waarin ze zijn opgenomen.

Zover ik kon zien heeft u zelf nooit zo’n exploitation film gemaakt.

Er is een film die ik gemaakt heb, Alias, die begint als een thriller en verschuift later naar gothic horror. Het publiek leek dat echter niet te pikken in Vlaanderen. Ik weet nog dat ik toen in de zaal zat en ik voelde dat het publiek tijdens de ”verschuiving” een beetje bevriezen. Heb je Yummy gezien? Dat vond ik zo’n slimme zombiefilm, met respect voor het genre. Al moet je weten dat die ook nauwelijks publiek heeft weten te vinden.

Yummy

Het in 2019 verschenen Yummy is een van de weinige genrefilms die de laatste jaren in België gemaakt is.

Het is gewoon zo dat zulke films niet bij ons passen in Nederland en Vlaanderen. We kijken dat soort films misschien graag, maar niet als ze Vlaams of Nederlands zijn. Dan werkt de suspension of disbelief om een of andere reden niet. Dick Maas heeft er een paar goede gemaakt. Ik vond ook Bumperkleef echt geweldig…maar dat zijn uitzonderingen.

Al krijg ik soms wel het idee dat Vlaamse films het beter doen dan Nederlandse films.

Dat ligt maar net aan het moment. Ik denk dat het wel meevalt, wij zitten in België ook in een moeilijke positie. Hoe dan ook, ik denk dat we de huidige crisis, die van COVID-19, dat we die gaan overwinnen. De bioscoop zal zich dan wel moeten heruitvinden. Je kunt niet verwachten dat mensen zich verplaatsen naar een bioscoopzaal en daar 12 euro betalen om een matige film te zien.

Hierbij wil ik zowel Jan Verheyen als Triple P Entertainment hartelijk bedanken voor dit interview. Het boek Alle remmen los is vanaf nu verkrijgbaar bij Bol.com. Mocht je eerst nog meer informatie daarover willen dan is dat hier te lezen.

Als afsluiter leek het me leuk om een opsomming te maken van de genoemde films, inclusief het (eventuele) platform waarop ze te zien zijn.

  • Django Unchained (te huur via Pathé Thuis)
  • Suspiria (te zien op Horrify en ThrillFlix)
  • Zombi 2 
  • Caligula 
  • Ilsa She Wolf of the SS
  • Alias (te koop via Bol.com)
  • Yummy (te zien op Netflix)
  • Bumperkleef (te zien op Netflix)